Tips voor de juiste verzorging van de Hawaii palm
Ondanks zijn naam is de Hawaiiaanse palm "Brighamia insignis" geen palm, het is een vetplant. Het is ook bekend onder de naam "vulkanische palm". Hoe ziet de juiste verzorging van de Hawaii palm eruit?
De Hawaiiaanse palm kan beter omgaan met droogte dan met vochtHoe geef je de Hawaii-palm goed water?
Als vetplant slaat de Hawaii-palm water op in zijn vlezige bladeren. Het kan daarom lange droge periodes tot wel zes weken verdragen.
De ondergrond moet zoveel mogelijk waterdoorlatend zijn. Wateroverlast moet koste wat het kost worden vermeden.
Geef pas water als het substraat is uitgedroogd. U kunt de kluit ook kort in water dompelen. Overtollig gietwater moet dan worden weggegoten.
Wanneer staat bemesting op het programma?
Gebruik spaarzaam kunstmest. Vetplanten verdragen geen overtollige voedingsstoffen. Bemest de Hawaii-palm elke acht weken met een gewone cactusmeststof. Halveer de hoeveelheid kunstmest.
Wanneer moet een Hawaii-palm worden verpot?
Trakteer de Hawaii-palm elke twee tot drie jaar op een grotere pot. De beste tijd om te verpotten is in het vroege voorjaar. Zorg voor een drainagelaag op de bodem van de pot.
Welke ziekten en plagen komen voor?
- Spintmijten
- Thripse
- Wortelrot
- Stam rot
Als er ongedierte verschijnt, reageert de Hawaiiaanse palm door de bladeren af te werpen. Soms worden de bladeren ook geel.
Spoel de plant goed af en gebruik in de handel verkrijgbare middelen om spintmijten en trips te bestrijden.
Wortelrot en stengelrot worden veroorzaakt door te veel vocht. Geef de Hawaii Palm niet te vaak water. Als u er buiten voor zorgt, zet het dan op een beschutte plaats.
Hoe wordt de Hawaï-palm in de zomer verzorgd?
De Hawaii palm geeft de zomer het liefst op een gedeeltelijk schaduwrijke plek buiten op het balkon of terras door.
Als het in de zomer al zijn bladeren verliest, is dat een natuurlijk proces en geen reden tot bezorgdheid.
Advies
Hawaï-palmbomen groeien in de winter en nemen een pauze in de zomer. Zet de plant daarom in de winter op een lichte, warme plek. De temperaturen mogen in de winter niet lager zijn dan 16 graden.