Verschillende soorten Euphorbia vermenigvuldigen zich
Vanwege het giftige sap moet elke ondersoort van de kroontjesfamilie met een zekere mate van voorzichtigheid en zorg worden gekweekt. Niettemin kunnen sommige vertegenwoordigers van dit plantengeslacht, die populair zijn als kamerplant, gemakkelijk worden vermeerderd.
De spitpalm behoort tot de kroontjesfamilieTrek de kerstster zelf uit
Op het eerste gezicht heeft de kerstster met zijn opvallende bloemen, die tijdens advent elk jaar in de winkels wordt aangeboden, weinig te maken met de driehoekige kroontjeskruid, maar beide soorten planten behoren evenzeer tot het geslacht van de kroontjesfamilie. De kerstster wordt alleen via zaden vermeerderd in landen als Australië, waar het warmere klimaat de zaden laat rijpen op de aanzienlijk grotere exemplaren. Op de vensterbank wordt de kerstster beter vegetatief vermeerderd met stekken. Allereerst moeten gezonde moederplanten van voldoende grootte worden geselecteerd. Hieruit worden vervolgens stekken gesneden met beschermende handschoenen volgens de volgende criteria:
- Lengte ongeveer 15 cm
- met ongeveer vier tot vijf bladeren
- zeer grote bladeren worden gehalveerd (anders teveel verdamping)
- gerichte "wondsluiting" met heet water
Om ervoor te zorgen dat het witte melkachtige sap van binnenuit de plant stolt en de stekken niet ‘bloeden’ en uitdrogen, moeten ze onmiddellijk na het snijden even in warm water worden gezet. Daarnaast neemt de kans op succesvolle wortelvorming toe als speciale wortelhormonen worden ingezet om wortelvorming te stimuleren.
Verspreid de spitpalm zelf
De spitpalm is vanwege zijn exotische uiterlijk ook erg populair als kamerplant in veel woningen. In het wild reproduceert dit type plant buitengewoon effectief door zaden ver rond de plant te verspreiden. Omdat bij het snoeien van de spitpalm de plantgezondheid en het uiterlijk meestal nadelig kunnen worden beïnvloed, is de voorkeursmethode voor vermeerdering het gebruik van de zaden. Deze kunnen op het moment van rijpen specifiek uit de kenmerkende bloeiwijzen worden verwijderd en in vochtig substraat worden geplaatst. Op een heldere en warme locatie zou u binnenkort zaailingen moeten kunnen ontdekken als er permanent licht substraatvocht is zonder wateroverlast.
De vermenigvuldiging van de potloodstruik
Ook de potloodstruik (Euphorbia tirucalli) kun je vrij gemakkelijk zelf vermeerderen. U moet de vers gesneden stekken echter ongeveer twee dagen laten drogen voordat u ze op een geschikt sappig substraat legt. De locatie moet vrij zijn van direct zonlicht, maar helder, warm en matig vochtig.
Advies
Om ervoor te zorgen dat de vermenigvuldiging van de verschillende euphorbia's geen gezondheidsrisico wordt, moeten altijd beschermende handschoenen worden gedragen. Daarnaast moet er voor voldoende ventilatie worden gezorgd, zodat stoffen uit het verdampende plantensap niet via de lucht die we inademen kunnen worden opgenomen.