Doornloze bramen maken tuinieren en oogsten gemakkelijker
Wilde bramen beschermen hun zoete vruchten met een veelvoud aan beschermende doornen tegen zoetekauwen. Vandaar dat de naam braam oorspronkelijk afkomstig is van een oud woord voor doornstruik.
Doornen als bescherming voor planten en fruit
Met hun doornen hebben wilde bramenranken een verdedigingsmechanisme dat al duizenden jaren is uitgeprobeerd en getest. De zoete bramen groeien immers in de zomer niet als doel op zich aan de ranken, maar dienen voor verdere voortplanting en verspreiding. Dit kan op grotere schaal worden bereikt als de zaden van de bramenplanten worden opgenomen met de vruchten van vogels en weer worden weggegeven met vogelmest, die geschikt is als meststof. De doornen werken dus als een reservaat van de vrucht voor de vogels, omdat ze andere dieren en mensen afschrikken en afschrikken.
Moderne cultivars en rassen zonder doornen
Voor commerciële teelt en tuinieren betekenen bramenranken met doornen niet alleen de noodzaak van beschermende kleding en handschoenen, maar ook af en toe krassen en pijnlijke verwondingen. Om deze reden zijn er de afgelopen decennia bramenvariëteiten gekweekt die niet alleen een hogere opbrengst aan grotere vruchten opleveren, maar ook weinig of geen doornen op de ranken hebben. Enkele decennia geleden waren vroege veredelingspogingen zoals de volgende rassen echter van ondergeschikt belang qua smaak en niet geheel winterhard:
- Thornfree
- Doornloze Evergreen
- Black Diamond
- Black Pearl
Deze smaak- en klimatologische nadelen zijn daarentegen grotendeels gecompenseerd in nieuwere rassen van bramen zonder doornen, waaronder bijvoorbeeld:
- Navaho Bigandvroeg
- Kleine zwarte prins
- Navaho Summerlong
- Taybeere
De Tayberry is echter geen zwarte braam in de klassieke zin, maar een kruising tussen braam en framboos met eerder rood fruit.
Gebruik stekelige bramensoorten winstgevend
Niet alle tuinders hebben tegenwoordig de neiging om doornloze bramensoorten te gebruiken. Bramen worden immers vaak als haag gebruikt als natuurlijke afrastering, waarbij de scherpe doornen beschermen tegen ongewenste indringers. Hiervoor worden de bramenplanten in de tuin langs de eigendomslijn geplant op een latwerk van houten haringen en spandraden, waarvoor het ras Theodor Reimers zeer geschikt is.
Tips & trucs
Het beproefde bramenras Theodor Reimers is niet doornloos zoals doornloze bramen van moderne rassen, maar het ras combineert de voordelen van groot en aromatisch fruit met de verdedigende kracht van wilde bramenranken.